Wilt u aan de slag met uw eigen ZPL-labels, dan staat het internet vol informatie. Hoe weet u zeker dat de gevonden informatie toepasbaar is op uw 3PL/Nekovri Dynamics-omgeving? Profiteer van de voordelen van ZPL en lees meer over de quick wins.

In een reeks van vier blogs duik ik samen met u in de wereld van ZPL-labels, hoe u uw eigen labels kunt wijzigen en sluit ik de blogreeks af met een aantal tips & tricks. We beginnen bij de basis van een goede ZPL-inrichting: namelijk de opbouw.

3PL/Nekovri Dynamics

De ZPL-editor in 3PL/Nekovri Dynamics stelt u in staat ZPL-codes te generen waarin automatisch de waardes uit de database zijn opgenomen. Bijvoorbeeld:

  • Een SSCC-label met informatie over een pallet uit uw voorraad (herprint) of tijdens in- of uitslag;
  • Bestemmingslabel voor op de pallet; met informatie uit de uitslag, zoals afleveradres, referenties en het aantal pallets. Ook de inhoudsregels van een orderpick-pallet kunnen afgedrukt worden;
  • Inslag-/uitslagbon op A7/A8-formaat (visitekaartje), inclusief documentnummer, referentie en loslocatie;
  • Partijlabel met detailgegevens van het artikel en de omvang van de partij bij inslag;
  • Inslag/Uitslagnummer op ‘mini label’; om het proces van document capture te vereenvoudigen.

Dit kan ook buiten 3PL/Nekovri Dynamics, echter biedt het gebruik binnen 3PL/Nekovri Dynamics een aantal voordelen:

  • Eén handeling om de informatie te verzamelen;
  • Afdrukken vanuit de scanner in de loods;
  • Standaardisatie in aansturing van de printer en uiterlijk van de labels.

Label opbouwen

Coördinaten: De ZPL-code wordt door de printer verwerkt door middel van coördinaten – eigenlijk net zoals een schaakbord werkt. Iedere tekstregel krijgt een positie mee; een X- en een Y-coördinaat. De positie wordt opgegeven in dots. Een X-Y van 50-100 wordt dus op 50 dots van links en 100 dots van boven geprint.

DPI/DPMM: Het aantal ‘dots per inch’ (dpi) is een printerinstelling die regelt hoeveel dots de printer op één inch print. Door daar slim mee om te gaan, geeft het u dus ook een handvat om een aantal dots om te rekenen naar inches of millimeters. Werkt uw printer met 300 dpi (is gelijk aan 12 dots per mm), dan houdt dit in dat een tekst met X-Y-coördinaat 48-96 geprint wordt op 4 mm van links en 8 mm van boven. Zo kunt u bepalen op welke locatie een tekst geprint wordt.

Tekstvakken: Ieder onderdeel van de ZPL kunt u vergelijken met een tekstvak in Microsoft Word. De verschillende tekstvakken hebben geen onderling verband. Ze ‘weten’ niets van elkaar en kunnen elkaar dus overlappen. Ze ‘weten’ ook niets van de labelgrootte, en kunnen daardoor over de rand doorlopen.

Door de vakken juist te positioneren en de hoogte en breedte in te stellen, voorkomt u dat de tekst door elkaar loopt. Houdt daarbij rekening met het lettertype en de lettergrootte die u gebruikt.

Lettertype en lettergrootte: Per tekstvak kan een lettertype en -grootte bepaald worden. Het is echter ook mogelijk een standaard voor de gehele label te definiëren. Er is een aantal vaste lettertypes beschikbaar in ZPL-printers. Alternatieve lettertypes (TTF’s) moeten ingeladen worden in de printer.

Een aantal handige bronnen:

Deze berichten worden geleverd “as is” zonder garanties en geven geen rechten.
U neemt alle risico’s aan voor gebruik.